Support

Een smartphone met Android of iOS voldoet. Compatibiliteit van je toestel blijkt uit het beschikbaar zijn van de applicatie in de betreffende applicatiestore.

Mocht je een account onder het beheer van Wattkraft willen verkrijgen, kun je een e-mail sturen aan: service.benelux@wattkraft.nl. Vermeld hierin je verzoek tot een FusionSolar account, je bedrijfsnaam, het gewenste e-mail adres voor registratie en je inkooppartij.

Mocht je een algemeen account wensen dat niet onder het beheer van Wattkraft valt, kun je zelf een account aanmaken via de installateur-registratie-optie, in de app, of via de website: https://eu5.fusionsolar.huawei.com/.

Als je ervoor kiest om zelf een account aan te maken, val je niet onder de Wattkraftstructuur.
Hierdoor kunnen wij als Wattkraft niet meekijken met je problematiek en kan de service wat langer duren dan dat je van ons kan verwachten.

Als de FusionSolar-applicatie wordt geopend zonder actieve internetverbinding, kan er rechtsboven in beeld op de drie horizontale puntjes (…) gedrukt worden om het menu te ontvouwen. Wanneer je op dat moment geen actieve internetverbinding hebt over WiFi, of over Mobiele data, verschijnt de optie INBEDRIJFSTELLEN VAN HET APPARAAT.

Wanneer een update noodzakelijk is, wordt dit direct na inlog gemeld. Deze updates zijn verplicht en noodzakelijk om het inbedrijfstellingsproces te vervolgen.

Wanneer er op instructie van het serviceteam een update moet worden uitgevoerd, kan dit via het FusionSolarportaal wanneer de omvormer is verbonden via internet (op afstand), of via de INBEDRIJFSTELLEN APPARAAT optie in de FusionSolar-app op locatie.

Na inloggen op de FusionSolar-applicatie kunnen installaties worden gemonitord. Het inbedrijfstellen van de omvormer is te starten via de knop in het hoofdscherm “Configuratie Wizard”, of via het onderdeel account (icoon met het poppetje) rechtsonder. Via de optie INBEDRIJFSTELLEN APPARAAT start de instelprocedure.

Tijdens het inbedrijfstellen en het doorlopen van de initiële wizard zal in de laatste stap een overzicht getoond worden. Hierin wordt door middel van groene vinkjes aangegeven of de benodigde stappen succesvol zijn doorlopen.

Check voor een productoverzicht dit schema.

Zie deze pagina.

Alleen de FusionSolar-applicatie heeft ondersteuning.

Dit is afhankelijk van je locatie. Bij het aanklikken van de gridcode tijdens het inbedrijfstellingsproces wordt aan de hand van de locatiebepaling van de smartphone automatisch een suggestie gedaan. Deze staat bovenaan in de lijst. Raadpleeg je netbeheerder voor een exacte benaming. Voor Nederland kies je voor Algemeen-EN50549-LV. In België kies je in de meeste gevallen voor: C10/11.

Voor WLAN (WiFi draadloze internetverbinding):

• *De L1 omvormers hebben een ingebouwde WLAN-module voor verbinding met het internet
• *De L1, M0, M1, M2, M3 omvormers tot 40KTL werken met de WLAN/FE en 4G dongle.
• Voor Ethernet (RJ45 bedraad verbinden):
• *De L1, M0, M1, M2 en M3 omvormers tot en met 40KTL werken met de WLAN/FE dongle.
• Voor 4G (mobiele data verbinding):
• *De L1, M0, M1, M2 en M3 omvormers tot en met 100KTL werken met de 4G dongle.

Er bestaan twee verschillende meetsensoren: de DDSU666-H en DTSU666-H.

• De DDSU is geschikt voor enkel-fase-AC-netaansluitingen
• De DTSU is geschikt voor drie-fasen-AC-netaansluitingen

Via de RS485 communicatiepoort. Instructies hiervoor zijn terug te vinden in de meegeleverde handleiding.

Dit hangt af van het omvormervermogen. Raadpleeg daarom het volgende document: RCD document.

Wij adviseren je om gebruik te maken van het Huawei LUNA ESS systeem. Klik hier voor meer informatie.

Raadpleeg hiervoor de ontwerptool via deze link.

Alleen de Huawei enkel-fase-omvormers kunnen aangesloten worden op een 2x230V(Delta-Grid). Hiervoor dien je de parameter in de configuratiewizard aan te passen naar: L1/L2

De Huawei drie-fase-omvormers zijn NIET geschikt om op dit net te draaien.

Het TS-buiggereedschap heeft twee functies. Het wordt ten eerste gebruikt met het inlegsysteem en voorkomt dat rails vervormen door hitte en kou. Daartoe moeten TS-profielen links en rechts van een in het midden van de rail aangebrachte SafeClick worden afgeschuind. Zie voor meer informatie de installatie-instructies van TRI-STAND. Het buiggereedschap wordt daarnaast gebruikt voor het verwijderen van een ingeklikte TS-rail.

In principe moet de fabrikant voor het inlegsysteem alle zonnemodules vrijgeven, omdat niet elke module geschikt is wat betreft frames en draagvermogen. De modules moeten tegelijkertijd ook door TRITEC worden vrijgegeven, aangezien de afwateringsopeningen van moduleframes niet door het TS-profiel mogen worden afgedekt. De certificaten van geen bezwaar voor de modules van het TRITEC-productassortiment vindt u in onze PV-productcatalogus.

(Inlegbreedte module + 2 mm) x aantal modules naast elkaar.

(Inlegbreedte module + 11,5 mm) x aantal modules boven elkaar + 69 mm.

Bij het inlegsysteem is horizontale modulemontage zonder beperkingen mogelijk – met de desbetreffende vrijgave van de fabrikant. Bij het clipsysteem is horizontale montage mogelijk, hetzij in het tweelaagse clipsysteem, hetzij door te clippen aan de korte zijde van de module. In het laatste geval is ook de desbetreffende vrijgave van de fabrikant noodzakelijk. Zie voor meer informatie de installatie-instructies van TRI-STAND.

Bij leien daken worden stokschroeven gebruikt om de onderconstructie te bevestigen. Deze schroeven moeten in het midden van de daklatten worden aangebracht. Asbesthoudende leien mogen alleen worden verwerkt als aan de desbetreffende voorschriften is voldaan. Voor het gebruik van TRI-STAND op Eternit-cementleien zijn speciale stokschroeven verkrijgbaar.

Bij gordingdaken wordt de module standaard horizontaal gemonteerd voor clipmontage. Verticale montage is mogelijk, hetzij in het tweelaagse clipsysteem, hetzij door te clippen aan de korte zijde van de module. In het laatste geval is de desbetreffende vrijgave van de fabrikant noodzakelijk. Zorg er bovendien voor dat u de juiste stokschroeven kiest door rekening te houden met de vereiste minimumafmetingen van het bevestigingshout.

Controleer zorgvuldig de waarden voor windzuiging en -druk. Kies zoveel mogelijk bevestigingspunten op het dak, aangezien de afzonderlijke staande naden relatief weinig belasting kunnen opnemen. Bij het clipsysteem is horizontale montage van de module mogelijk, hetzij in het tweelaagse clipsysteem, hetzij door te clippen aan de korte zijde van de module. In het laatste geval is vrijgave van de module door de fabrikant noodzakelijk.

Meet het moduleveld nauwkeurig met behulp van de boormal, aangezien de schroeven van het trapeziumplaatdak niet in aanraking mogen komen met de SafeClick-klinknagels. Bij het inlegsysteem is horizontale modulemontage zonder beperkingen mogelijk – met de desbetreffende vrijgave van de fabrikant. Bij het clipsysteem is horizontale montage mogelijk, hetzij in het tweelaagse clipsysteem, hetzij door te clippen aan de korte zijde van de module. In het laatste geval is ook de desbetreffende vrijgave van de fabrikant noodzakelijk.

Voor installaties met het inlegsysteem die breder zijn dan 12 m, wordt de UP-C-connector slechts aan één kant vastgedraaid. Zorg ervoor dat tussen de universele profielen ten minste 3 mm ruimte zit. Voor installaties met het inlegsysteem die breder zijn dan 6 m, wordt de TS-C-connector slechts aan één kant vastgedraaid. Zorg ervoor dat tussen de TS-inlegprofielen ten minste 3 mm ruimte zit. Bij het clipsysteem moet het universele profiel na maximaal 12 m eindigen, waarna een nieuw installatiedeel moet worden gestart.

Om de communicatie voor uw SolarEdge omvormer in te stellen, zoekt u de juiste installatiehandleiding op in de Resources Library. Meer informatie over de communicatiemogelijkheden van SolarEdge vindt u hier.

1. Maak een verbinding met het monitoringplatform, selecteer de relevante site en verkrijg toegang via het tabblad admin.
2. Selecteer het tabblad Site Access (sitetoegang):

3. lik op Add new user (nieuwe gebruiker toevoegen), vervolgens verschijnt het volgende formulier:

4. Voer het e-mailadres van de eigenaar in.
5. Selecteer de weergavetaal voor het monitoringportal voor de nieuwe eigenaar.
6. Selecteer de functie van de nieuwe eigenaar. Klik op het   om de verschillen tussen de functies te zien. .
7. Na voltooiing klikt u op Save (Opslaan). Er wordt een e-mail verzonden met instructies aan de eigenaar(s) voor toegang tot en registratie bij het monitoringportal van SolarEdge.

Door het koppelingsproces kunnen de omvormer en power optimizer met elkaar communiceren via de DC-lijnen. Het koppelen moet worden gedaan met nieuwe installaties tijdens het inbedrijfstellingsgedeelte en na het vervangen van een optimizer of omvormer. U kunt optimizers koppelen met behulp van SetApp / omvormer-knoppen of het monitoring platform
Bekijk deze video’s voor meer informatie over koppeling:

Voor met SetApp geactiveerde omvormers (zonder display)
Voor omvormers met display
Voor koppeling op afstand

Neem contact op met SolarEdge ondersteuning om een probleem te melden.
Maak een case aan op het ondersteuningsportal hier.
Een vertegenwoordiger van de klantendienst zal contact opnemen met u en u helpen het probleem op te lossen.
Als u geen SolarEdge account heeft, klik dan hier om te registreren.

Zodra u bent ingelogd in het SolarEdge support center, scrollt u naar beneden naar de sectie ‘Recente gevallen’. Als u de case die u zoekt niet kunt vinden, klik dan op “Voor alle cases”. U kunt dan zoeken naar een specifieke case met behulp van kenmerken, zoals het onderwerp of het trackingnummer.
Voor al uw cases ziet u volginformatie en heeft u de mogelijkheid om opmerkingen en bestanden direct aan de zaak toe te voegen.

De SolarEdge omvormer wordt geleverd met een ingebouwde Ethernet (RJ45)-poort voor directe verbinding en een RS485-poort voor verbinding met meerdere apparaten. Raadpleeg voor meer opties, inclusief draadloze opties, de opmerking bij de toepassing van communicatie-opties hier.

Uw installateur kan de installatie voor u registreren. Na registratie ontvangt u een bevestigingsmail met de link naar het monitoring platform. Neem contact op met uw installateur als u de bevestigingsmail nog niet hebt ontvangen. Om in te loggen op het monitoring platform klikt u hier.

Hebt u reeds toegang tot de monitoring? Leer hoe u uw systeem efficiënt kunt monitoren door onze beknopte gebruikersvideo te bekijken en alle relevante hulpmiddelen hier te raadplegen.

SolarEdge raadt ten zeerste aan om uw systeem te koppelen aan het SolarEdge monitoring platform voor geoptimaliseerde PV-prestatiemonitoring. U kunt de onderstaande methoden gebruiken om de prestaties van uw systeem te controleren zonder internetverbinding in met SetApp geactiveerde omvormers:

1.    Controleer de status van de led-indicator aan de onderkant van de eenheid.
2.    Wanneer de omvormer energie produceert is de groene led constant aan.

In omvormers met een display:

Druk eenmaal op de groene knop aan de onderkant van de omvormer of op de knop OK aan de voorkant van de omvormer. De informatie over de stroomproductie wordt weergegeven.

Omvormers met LCD-schermen geven “S_OK” weer wanneer ze zijn verbonden met SolarEdge servers. Met SetApp geactiveerde omvormers hebben een blauw oplichtende led.  Als het systeem niet communiceert, controleert u dan het communicatiestatusscherm van de LCD of van SetApp en raadpleegt u de foutmelding in de installatiegids.

Neem contact op met uw installateur voor alle vragen over de prestaties.

U kunt zich ook aanmelden bij het support center en ons uitgebreide kenniscentrum raadplegen. Deze bevat technische artikelen en video’s op één centrale plek, die u kunnen helpen om het probleem op te lossen.

Indien u een woning met een zonne-energiesysteem koopt en toegang tot monitoring wilt, stuurt u een bewijs van aankoop naar support@solaredge.com. Voeg alle relevante informatie bij zoals uw naam, e-mail, adres en het serienummer van de SolarEdge omvormer.

Verkoopt u uw woning en wilt u de toegang overdragen aan de nieuwe eigenaar, dan kunt u contact met ons opnemen via support@solaredge.com Vermeld daarbij de naam en e-mail van de nieuwe eigenaar samen met het adres van de woning, zodat wij de overdracht kunnen voltooien.

Bij een online update staat de optie “Save data to Sunny Design Web” aangevinkt. Probeer de update uit te voeren door deze optie uit te vinken. Wanneer de update volledig is afgerond, kunt u de synchronisatie van uw projecten nadien uitvoeren.

Volgende omvormers kunnen in een net zonder nulgeleider (neuter) worden geplaatst:

• Sunny Boy 1.5 / 2.0 / 2.5
• Sunny Boy 3-5000TL-21
• Sunny Boy 3600/5000 Smart Energy
• Sunny Boy 3.0 – 5.0

U vindt dit document op de Download pagina, onder de Service tab.

Kies uw product, kies dan bij ‘Downloadcategorie’ ‘Certificaat’, en bij ‘Taal’ ‘Engels (wereldwijd)’.

Scroll naar beneden tot u het document vindt.

U vindt ze op de Download pagina, onder de Service tab.

Kies uw product, kies dan bij ‘Downloadcategorie’ ‘Certificaat’, en bij ‘Taal’ ‘Engels (wereldwijd)’.

Scroll naar beneden tot u het certificaat vindt die u zoekt.

U vindt de technische gegevens van omvormers (en monitoringtoestellen) op hun datasheet.

U vindt de datasheet op de productpagina of op de Download pagina.

Kies het product, dan de categorie en dan de gewenste taal.

In de Nederlandse Praktijkrichtlijn NPR 5310 staat dat omvormers minder dan 6mA DC-lekstroom mogen voeden. Alle SMA omvormers kunnen vanwege de constructie geen DC-lekstromen voeden. Ze voldoen aan deze eisen conform DIN VDE 0100-712 (IEC 60364-7-712:2002).

Zonder enig probleem kunnen dus meerdere SMA omvormers tegelijk worden aangesloten op het Nederlandse elektriciteitsnet.

Lees de White Paper over aardlekbeveiliging

Hier vindt u het overzicht van alle omvormers compatibel met RCD type A

Om na te gaan welke omvormer het best bij een installatie past, kunt u een berekening maken met behulp van de gratis software Sunny Design (alleen geschikt voor Windows) ofwel via de online versie, Sunny Design Web (ook geschikt voor Mac OS, Linux en andere Operating Systems). U dient wel te beschikken over het type zonnepaneel, de hellingshoek en de oriëntatie. Sunny Design heeft deze gegevens nodig om te kijken hoe groot de stromen en spanningen worden bij verschillende temperaturen en zonne-instraling.

Elke omvormer moet ingesteld worden op de correcte landnorm. Dit is niet alleen om te voldoen aan de regelgeving, maar ook om fouten en verliezen in de toekomst te vermijden. We merken nog vaak dat men hier niet voldoende op let.

Hier zijn twee voorbeelden uit de praktijk:

• Een Nederlandse installateur belt naar de Service Line omdat de omvormer vaak in netstoring gaat. Door de juiste Nederlandse landnorm NEN EN50438 in te stellen is het probleem opgelost!
• Een installatie in België is al 3 jaar in dienst. Per toeval ontdekten we dat deze op de Duitse landinstelling stond. Gevolg: gedurende 3 jaar heeft de installatie maximaal 172kW opgebracht (en 82kVA aan blindvermogen) terwijl ze op Belgische landnorm (C10/11) 192 kW actief vermogen had kunnen opbrengen!

De correcte landnorm moet worden ingesteld tijdens de installatie. Gebeurt dat niet, dan kan ze nadien nog aangepast worden, maar u hebt dan een SMA Grid Guard Code nodig. Deze kunt u bij de Service Line bestellen.

Belangrijk is dat de Sunny Boy 1.5/2.5 ALTIJD wordt ingesteld. Vanuit de fabriek vertrekt dit toestel met een ‘default’ landnorm. Het moet worden aangepast via de Web User Interface.

De installatie van de Sunny Boy 1.5/2.5 verschilt van de andere SMA omvormers.

Wij hebben twee videos gemaakt om de installatie uit te leggen:
– Installatie en inbedrijfstelling
– Configuratie via WebUI

> Bekijk de videos

Wanneer u het uitgangsvermogen vast beperkt zal de omvormer zoveel mogelijk zonlicht omzetten, maar nooit méér dan de waarde welke u instelt. De reden om hiervoor te kiezen, kan een beperking aan teruglevering zijn.

U kunt een vast maximaal uitgangsvermogen instellen via de software Sunny Explorer, via de datalogger Cluster Controller of via WebUI (voor Sunny Boy 1.5/2.0/2.5).

Hieronder vindt u een voorbeeld met Sunny Explorer.

Ga naar Instellingen > Apparaat > Omvormer. De parameter welke u dient aan te passen, is de ‘Ingestelde limiet werkelijk vermogen’. Deze waarde is vrij te kiezen tussen nul watt en het technische maximale uitgangsvermogen van de omvormer.

Indien de omvormer geleverd is met een landinstelling verschillend van de Nederlandse (NEN-EN50438) of Belgische (C10/C11), dient deze aangepast te worden. Afhankelijk van het type omvormer kunt u de correcte instellingen kiezen via Sunny Explorer of via de draaiknoppen op de omvormer.

Let op, via de draaiknoppen is dit alléén mogelijk gedurende de eerste acht uren dat het toestel in bedrijf is. Daarna worden de landeninstellingen vastgelegd en kunnen deze niet meer met de draaiknoppen worden gewijzigd en dient dit te gebeuren met Sunny Explorer.

Voor volgende omvormers kunnen de instellingen gekozen worden via de draaiknoppen:

• Sunny Boy 2000/2500/3000HF
• Sunny Boy 2500/3000TLST-21
• Sunny Boy 3000/3600/4000/5000TL-21
• Sunny Tripower 5000/6000/7000/8000/9000TL-20
• Sunny Tripower 10.000/12.000/15.000/17.000TL-10
• Sunny Tripower 15.000/20.000TLEE
  (Let op: afhankelijk van de firmware versie)

De in te stellen waarden voor de draaiknoppen zijn:

• Nederland: draaiknop A op 6 en B op F
• België:
  • Nederlandstalig: draaiknop A op 7 en B op B
  • Franstalig: draaiknop A op 7 en B op 8

Voor volgende omvormers dienen de instellingen gekozen te worden via Sunny Explorer (omvormers met een klein display):

• Sunny Boy 1200
• Sunny Boy 1300/1600/2100TL
• Sunny Boy 3300/3800
• Sunny Mini Centrals

Lees ook ons uitgebreid Tech Tip artikel hierover.

Bepaalde omvormers kunnen in een net zonder nulgeleider geplaatst worden. Hierbij dient de functie ‘aardkabelbewaking’ uitgeschakeld te worden in de software van de omvormer. Verder moet er voldoende aarding voorzien worden, ofwel via de AC-klem (minstens 10mm² koper) ofwel via een extra aardkabel tussen de behuizing en de vereffeningrail.

Lees ook ons uitgebreid Tech Tip artikel hierover.

SMA ShadeFix is een extra functie van de beproefde MPP-tracker SMA ShadeFix en is bij levering standaard geactiveerd sinds juli 2014. Indien u een ouder omvormer heeft, kunt u dit ook manueel activeren. Hiervoor zijn afhankelijk van het type communicatie de volgende mogelijkheden beschikbaar:

• Via RS485 met Sunny Data Control of via de Sunny WebBox
• Via Bluetooth met Sunny Explorer of Sunny WebBox Bluetooth
• Via Webconnect met Sunny Explorer

Afhankelijk van het soort communicatie worden de parameters in de communicatieproducten anders weergegeven.

Parameterinstellingen via RS485

Parameterinstellingen via Bluetooth of Webconnect

Let op, activeer deze functie alleen bij installaties die last hebben van beschaduwing, om de opbrengst van de zonnestroom installatie te verbeteren.

SMA omvormers kunnen geen fout-gelijkstroom veroorzaken en kunnen dus achter het normale type (type A) aardlekschakelaar geplaatst worden.

Voor de SMA omvormer zelf is geen aardlek nodig, maar om foutbescherming te garanderen voor de kabel tussen meterkast en omvormer kiest men vaak toch voor een aardlek. Indien men een aardlek wil plaatsen, raden we aan om bij transformatorloze (TL) omvormers groter dan 3kW een aardlekbeveiliging van tenminste 100mA (100mA per omvormer) te plaatsen.

Bij kleinere toestellen én bij de Sunny Tripower 3.0/4.0/5.0/6.0/5000/6000/7000/8000/9000/10000/12000TL-20 volstaat het te kiezen voor een 30mA aardlekbeveiliging.

Lees ook de Tech Tip in verband met het instellen van de Sunny Tripowers.

Lees ook de White Paper over aardlekbeveiliging.

In België is het verplicht om de zonnepanelen en de frames (draagstructuren ) te aarden.

Voor Nederland staat het nog niet beschreven in de wetgeving, maar ook daar is het ten zeerste aan te raden om de zonnepanelen en de draagstructuren te aarden. Het handboek ‘Zonne energie’ wordt vaak als referentie gebruikt en beschrijft duidelijk dat aarden verplicht is voor transformatorloze (TL) omvormers en ten zeerste wordt aanbevolen bij grote metallische structuren met elektrische componenten erop of daar waar schrikreacties leiden tot gevaarlijke situaties (een dak).

Let op, de zonnepanelen niet aarden kan de foutcoude DI-MEAS veroorzaken.

De omvormer start op wanneer er zowel aan de kant van de zonnepanelen als aan de kant van het net voldaan wordt aan de opstartcondities. Als de spanning van de zonnepanelen voldoende hoog is maar de stroom nog niet, dan kan deze foutmelding verschijnen. U hoeft er niets mee te doen. Iets later is er voldoende licht en start de omvormer van zelf op.

Indien er paneel maximizers zijn geïnstalleerd, controleer ook de installatie en configuratie van deze maximizers.

U dient eerst uit te loggen. Gebruik de Installatie Setup Wizard en volg de stappen.

Sunny Portal

De MPP-tracking loopt over het hele spanningsgebied van 50V (minimale spanning) tot 600V (maximale spanning), echter bij ingangsspanningen die lager liggen dan 160V (260V voor SB2.5) kan de omvormer geen maximaal vermogen leveren en mogen we dat niet als MPP gebied definiëren.

In praktijk betekent het dat de Sunny Boy 1.5/2.5 altijd het maximale beschikbare vermogen uit de zonnepanelen zal halen, dus dat het louter te maken heeft met naamgeving.

De maximale DC-ingangsstroom van deze toestellen is 10A, dus bij lagere ingangsspanningen haalt u geen 1500W uitgangsvermogen (of 2500W bij SB2.5).

De omvormer kan geen onderscheid maken tussen minimale MPP spanning en lager, dus hij zal tracken op het hele gebied.

Een bijgeplaatst Bluetooth Piggy-Back bordje heeft geen eigen tijdstempel en zal daarom zijn daggegevens slechts kunnen wegschrijven indien het weet welke datum en tijdstip het die dag is. Hiervoor is het nodig, dat minstens 1 keer per dag door een ‘master’ contact wordt gemaakt met de omvormer. Om dus zeker te zijn dat er voor ieder dag gegevens opgeslagen worden, moet uw klant ofwel elke dag inloggen, of een ander communicatieproduct gebruiken zoals de Sunny View, die meerdere keren per dag als ‘master’ contact zoekt met de omvormer. De totaalgegevens worden automatisch bijgehouden, zelfs wanneer u niet inlogt.

Let op: Dit probleem geldt niet voor omvormers met ingebouwde Bluetooth (alle New Generation modellen). Deze houden alle data bij in hun geheugen voor minstens 2 maanden.

De foutmelding VAC Bfr of Srr betekent dat de ingestelde grenswaarde in de omvormer wordt overschreden. Kijk na of de instellingen up-to-date zijn.

Lees ook onze uitgebreide Tech Tip artikelen voor de Belgische instellingen en Nederlandse instellingen.

Het is mogelijk om bij een bestaande zonnestroominstallatie zonnepanelen bij te voegen, mits de ingangsspanningen en -stromen van de omvormer dit toelaten. Toch raadt SMA dit af omdat oudere zonnepanelen en nieuwere zonnepanelen een andere opbrengst zullen hebben en best niet op één MPP-tracker geplaatst worden. Indien de bijgeplaatste zonnepanelen op een aparte MPP-tracker kunnen aangesloten worden, is er uiteraard geen probleem.

Het wachtwoord voor installateurs in Sunny Explorer kan op twee manieren veranderen:

1. Door de gebruiker of installateur zelf
2. Door Sunny Portal. Wanneer men een omvormer met Webconnect op Sunny Portal registreert moet men bij de registratiestappen een installatiewachtwoord aanmaken. Dit wachtwoord wordt dan automatisch als installateurs wachtwoord voor Sunny Explorer ingesteld.

Als u voor beide gevallen het wachtwoord niet meer kent, dan kunt u een PUK code aanvragen bij de Service Line. Dit is een betalende dienst.

Webconnect zit standaard geïntegreerd in:

• Sunny Boy 240 met Sunny Multigate
• Sunny Boy 1.5/2.5
• Sunny Boy 3000/3600/4000/5000TL-21 (omvormers geproduceerd vanaf 01/10/2014)
• Sunny Tripower 5000/6000/7000/8000/9000/10000/12000TL-20
• Sunny Tripower 20000/25000TL-30
• Sunny Boy 1300TL/1600TL/2100TL (omvormers geproduceerd vanaf 01/10/2014)
• Sunny Boy 2500/3000TLST-21 Single Tracker (omvormers geproduceerd vanaf 01/10/2014)

Lees ook de Tech Tip over de Webconnect Piggy-Back voor oudere omvormers.

In sommige gevallen zien we dat de verbinding van de omvormer naar de Sunny Portal wel eens uitvalt. Eén mogelijke reden kan zijn dat de router bij het vernieuwen van het IP-adres van de omvormer geen nieuw IP-adres toewijst. In dat geval kan het helpen om het IP-adres van de omvormer in te stellen als vast IP-adres.

Zie ook deze Tech Tip voor meer informatie.

Wij hebben een Tech Tip artikel waarin staat hoe u een Webconnect Piggy-Back kunt aansluiten en waarop u dient te letten.

Let op! Wanneer u voor een nieuwe installatie met Webconnect een site aanmaakt op de Sunny Portal, moet u bij stap 2 een installatienaam en een wachtwoord invoeren. Als het installateurswachtwoord van de omvormer(s) nog steeds op 1111 staat, dan moet u hier een nieuw wachtwoord invoeren. Dit nieuwe wachtwoord wordt dan automatisch het nieuwe installateurswachtwoord van uw omvormer(s). De volgende keer dat u via Sunny Explorer wilt inloggen in uw omvormer(s) als installateur, moet u dus dit nieuwe wachtwoord gebruiken. Als het installateurswachtwoord van de omvormer(s) al veranderd was en dus al niet meer op 1111 staat, dan moet u dit nieuwe wachtwoord ingeven bij stap 2 van de registratie op de Sunny Portal.

Belangrijk is dus: Het wachtwoord dat u ingeeft bij stap 2 van de registratie op Sunny Portal, is (of wordt) gelijk aan het installateurspaswoord dat u gebruikt met Sunny Explorer.

Bij de aankoop van een SMA Sunny View ontvangt de klant standaard een fabrieksgarantie van 2 jaar. Voor de SMA Cluster Controler is dat een fabrieksgarantie van 5 jaar. Deze fabrieksgarantie kan voor beide toestellen niet verlengd worden.

De driver van de Sunny Beam Radio en Sunny Data Control werkt enkel tot Windows 7. Er is helaas geen USB driver voor de Sunny Beam Radio voor Windows 8 beschikbaar.

De Sunny Beam Radio werd in april 2004 op de markt gebracht en is sinds augustus 2010 niet meer in productie. Sinds de introductie van de Sunny Beam Radio heeft SMA vier generaties van besturingssystemen ondersteund namelijk Windows 2000, Windows XP, Windows Vista en Windows 7. Voor Windows 8 heeft SMA echter geen nieuwe driver ontwikkeld. En helaas wordt Windows XP door Microsoft niet meer ondersteund.

U vindt een SMA ADVANCE Installer in uw buurt via deze kaart.

Een SMA ADVANCE Installer is een installateur die lid is van het SMA ADVANCE partnerprogramma. Deze installateurs hebben verschillende opleidingen gevolgd en voldoen aan de kwaliteitseisen van SMA. U herkent ze aan hun SMA ADVANCE Installer logo.

Indien u een nieuw email adres wenst te gebruiken in Sunny Portal, dient u volgende stappen te volgen:

1. Voeg eerst het nieuwe email adres toe in het gebruikersbeheer – u dient hiervoor wel over de administrator rechten te beschikken. Raadpleeg de installateur indien u deze rechten niet heeft.*
2. Vervang het email adres ook in de externe communicatieproducten zoals een Sunny WebBox of Cluster Controller
3. Indien u meldingen per mail ontvangt (dagrapport, gebeurtenissenrapport, …), wijzig ook het email adres bij rapportconfiguratie.
4. Verwijder tot slot het oude email adres uit het gebruikersbeheer op Sunny Portal.

*Indien de installateur niet meer bestaat, stuur dan een email naar service@sma-benelux.com met de verklaring de eigenaar te zijn van deze installatie en de verklaring dat de installateur niet meer actief is.

SMA omvormers worden ontworpen voor een levensduur van 20 jaar. En het bewijs is er! Er zijn SMA omvormers die in 1991 werden geïnstalleerd die nog perfect werken. Daarom is het ook mogelijk om een garantieverlenging te nemen tot 25 jaar.

Wij doen alles om de kwaliteit van onze producten te garanderen. Vanaf de eerste ontwikkelingsfase maakt ons oog voor detail het onderscheid. SMA producten leveren niet enkel hoge prestaties, ze zijn ook erg betrouwbaar. Zo hebben wij een eigen testcentrum uitgerust met de meest moderne testapparatuur. Bovendien wordt ieder SMA omvormer onderworpen aan uitvoerige testen voor aflevering. Wij produceren ook zelf alle kritische componenten om de kwaliteit er van te kunnen bewaken.

Wij adviseren alle werken en controles aan de omvormer door een elektrisch gekwalificeerde persoon te laten uitvoeren. Het is dus aangeraden om een nieuw installateur te vinden.

U vindt een SMA ADVANCE Installer in uw buurt via de zoekmachine.

Een SMA ADVANCE Installer is een installateur die lid is van het SMA ADVANCE partnerprogramma. Deze installateurs hebben verschillende opleidingen gevolgd en voldoen aan de kwaliteitseisen van SMA. U herkent ze aan hun SMA ADVANCE Installer logo.

De SMA garantie op uw product blijft gelden in geval van faillissement van uw installateur. Let wel, dit is enkel van toepassing op de garantie die uitgaat van SMA en niet op eventuele extra garanties die uitgaan van uw installateur.

U vindt dit document op de Download pagina, onder de Service tab.

Kies uw product, kies dan bij ‘Downloadcategorie’ ‘Certificaat’, en bij ‘Taal’ ‘Engels (wereldwijd)’.

Scroll naar beneden tot u het document vindt.

U vindt ze op de Download pagina, onder de Service tab.

Kies uw product, kies dan bij ‘Downloadcategorie’ ‘Certificaat’, en bij ‘Taal’ ‘Engels (wereldwijd)’.

Scroll naar beneden tot u het certificaat vindt die u zoekt.

U vindt de technische gegevens van omvormers (en monitoringtoestellen) op hun datasheet.

U vindt de datasheet op de productpagina of op de Download pagina.

Kies het product, dan de categorie en dan de gewenste taal.

Een stringomvormer is een omvormer die op een string van zonnepanelen (dus meerderen) wordt aangesloten. Een micro-omvormer wordt aangesloten op een enkel zonnepaneel. In een zonnestroominstallatie met micro-omvormers hebt u dus even veel omvormers als u zonnepanelen heeft.

In de meeste gevallen raden wij een stringomvormer aan. U hebt dan slechts een (of twee) omvormers en dus ook een lager kans op storingen. De omvormer hangt binnen of net buiten het huis, waardoor u er heel gemakkelijk er aan kan. Micro-omvormers worden vastgemaakt achter de zonnepanelen. Een zonnestroominstallatie met een stringomvormer zal ook goedkoper uitwerken dan een met micro-omvormers.

Een zonnestroominstallatie met micro-omvormers is aangeraden in drie gevallen.

1. Klein oppervlakte
   Stel een minisysteem op bij appartementen, kleine daken en tuinhuizen.
2. Een complex dak
   Bij een dak dat georiënteerd is in verschillende richtingen of met verschillende hellingshoeken is een systeem met individuele omvormers de perfecte oplossing: ongelijke instraling is nu een voordeel want de energie kan efficiënt en gespreid benut worden.
3. Schaduw
   Bij traditionele stringomvormers zonder schaduwbeheer heeft schaduw een invloed op het volledige systeem en bijgevolg op de opbrengst, maar bij micro-omvormers blijven de zonnepanelen die niet overschaduwd zijn maximaal renderen.

Ja. Voor installaties die zich gedeeltelijk in de schaduw bevinden hebben de stringomvormers van SMA een oplossing. Deze functionaliteit noemt SMA ShadeFix. Met SMA ShadeFix doen we aan schaduwbeheer, zodat het gedeelte van de zonnepanelen dat in schaduw komt te liggen geen negatieve invloed uitoefent op de rest van de installatie. U verliest dus geen opbrengst.

Volgende omvormers zijn standaard uitgerust met SMA ShadeFix:

• Sunny Boy 1.5/2.5
• Sunny Boy 3000/3600/4000/5000TL-21
• Sunny Tripower 5-12000TL-20
• Sunny Tripower 15000TL-10
• FLX PRO 15/17
• Sunny Tripower 20/25000TL-30
• Sunny Tripower 60

In de Benelux wordt meestal een Power Ratio van ongeveer 90% of lager gehanteerd, dat wil zeggen dat de omvormer kleiner is gedimensioneerd dan het piekvermogen van de panelen. De reden hiervoor is dat de panelen bij ons zelden hun piekvermogen produceren, en dat daarentegen een omvormer die weinig wordt belast, een lagere efficiëntie kent dan een omvormer die op hogere capaciteit werkt. Vandaar dat een onder-dimensionering uiteindelijk een hogere opbrengst oplevert.

Op de (schaarse) momenten dat uw panelen meer vermogen zouden kunnen produceren dan uw omvormer aankan, zal deze de MPP spanning (Maximum Power Point) over de panelen zodanig aanpassen, dat deze niet meer vermogen zullen produceren dan het maximale ingangsvermogen van de omvormer. De omvormer lijdt dus geen schade en werkt op zijn eigen volle vermogen.

SMA biedt een gratis Sunny Portal app aan voor iOS en Android waarmee de opbrengst van de omvormer via het internet bekeken kan worden. Door de gegevens van de omvormer naar onze gratis portaalserver Sunny Portal te sturen, kunnen deze van overal ter wereld bekeken worden op een computer, tablet of smartphone. Wat hiervoor wel nodig is, is dat er een verbinding bestaat tussen de omvormer(s) en servers van Sunny Portal. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van Webconnect, een Sunny Home Manager of een Sunny WebBox.

U kunt de gegevens van een installatie met Webconnect (via een ethernetkabel van de omvormer naar uw router) altijd en overal volgen via Sunny Portal. Sunny Portal is een online monitoring portaal. Het bestaat ook in een App voor zowel iOS als Android smartphones.

Bekijk de video over hoe u Sunny Portal kunt instellen voor een zonnestroominstallatie met Webconnect.

De omvormers van SMA bieden verschillende mogelijkheden waarbij de gebruiker de installatie eenvoudig kan monitoren. Deze kunnen gaan van een nabije Bluetooth-verbinding tot monitoring via internet van waar ook ter wereld. Meer over de mogelijkheden voor monitoring vindt u bij Producten > Monitoring Systemen.

Lees ook ons Tech Tip artikel over monitoring van residentiële zonnestroominstallaties.

Bij de aankoop van een SMA Sunny View ontvangt de klant standaard een fabrieksgarantie van 2 jaar. Voor de SMA Cluster Controler is dat een fabrieksgarantie van 5 jaar. Deze fabrieksgarantie kan voor beide toestellen niet verlengd worden.

Bij aankoop van een SMA omvormer ontvangt u standaard een fabrieksgarantie van 5 jaar. Gedurende deze periode kan het met 5, 10, 15 of 20 jaar verlengd worden. Bij aankoop van een SMA monitoring systeem ontvangt u standaard een fabrieksgarantie van 5 jaar. Deze kan verlengd worden tot 10 jaar.

U kunt rechtstreeks een garantieverlenging aankopen via het bestelformulier op onze website.

SMA omvormers hebben een verwachte levensduur van meer dan 20 jaar. Als de levensduur van SMA-omvormers verstreken is, neemt SMA deze uiteraard weer terug. U kunt deze terugsturen onder vermelding van ‘For Disposal’ (Voor Afvoer) naar het hoofdkantoor in Niestetal, Duitsland.

SMA Solar Technology AG
Sonnenallee 1
34266 Niestetal
Duitsland

Neem hiervoor eerst contact op met de Service Line.
Tel: 0032 15 286 730
E-mail: service@SMA-Benelux.com

Zonnepanelen worden gerecycleerd via PV Cycle. Dit is een internationale non-profit vereniging die de recyclage van oude zonnepanelen volledig beheert.

Bij aankoop van een SMA omvormer ontvangt u standaard een fabrieksgarantie van 5 jaar. Om na te gaan of uw omvormer nog onder garantie valt kunt u contact opnemen met uw installateur. Hij kan dit controleren aan de hand van het serienummer van uw omvormer.

Onze gratis software Sunny Explorer werkt met een Bluetooth verbinding om zo de gegevens uit de omvormer te halen. Om licentie-technische redenen is het met Apple producten niet haalbaar om een kosteloos product uit te brengen.

Als alternatief hiervoor kunt u gebruik maken van de gratis Sunny Portal, een internetportaal waar alle opbrengstgegevens van een zonnestroominstallatie van waar dan ook ter wereld bekeken kunnen worden. De Sunny Portal is toegankelijk via Webconnect, de Sunny Home Manager, of de Cluster Controller. Voor deze Sunny Portal hebben wij een App zodat u deze gegevens ook nog eens kan aflezen op een iPhone of Android. Daar dit geen Bluetooth technologie is, stellen zich hier geen licentie issues.

U kunt bij uw persoonlijke instellingen (onder modules) een zonnepaneel aanklikken met de rechter muisknop. U selecteert dan stel in als standaard paneel.

Er zijn verschillen tussen de middenzone en rand-/ hoekzone. Door panelen te plaatsen in de randzone kan extra materiaal en/of ballast benodigd zijn. Dit is dus belangrijk voor uw calculatie.

Door middel van het inhouden van de Ctrl of Shift toets + het aanklikken met de linker muisknop, kunt u rijen en/ of kolommen verwijderen of toevoegen tijdens het ontwerpen.

U kunt in de ValkPVplanner een regio of alleen een land selecteren. Hierna dient u handmatig de omgevingsfactoren in te vullen.

Diverse groothandelaren hebben in hun webshop een koppeling naar onze ValkPVplanner. Zodra u via de webshop in de planner een berekening maakt, kunt u direct het materiaal toevoegen in uw winkelmand.

Dit is mogelijk, door middel van het creëren van verschillende dakvlakken in uw project.

1. U klikt bij tabblad Systeem op Area 1
2. Vervolgens klikt u op de oranje button maak deel van het dakvlak
3. Hiermee kunt u opnieuw een dakvlak intekenen, door middel van het zetten van 3 punten. Het vierde punt wordt automatisch ingetekend
4. Nu heeft u een dakvlak gecreëerd
5. U kunt nu een andere opstelling maken op hetzelfde platte dak
6. Het opnieuw aanmaken van een dakvlak kunt u blijven herhalen

Het is mogelijk een PV project te kopiëren:

1. Kies in het beginscherm voor de optie laad projecten en zoek het betreffende project
2. U heeft hier de mogelijkheid om verschillende acties uit te voeren
3. Selecteer nu de optie dupliceer project
4. Sla nu een kopie op van het desbetreffende project
5. U kunt nu in het gekopieerde project gemakkelijk de opstelling van de panelen veranderen (bijvoorbeeld van Zuid naar Oost-West opstelling)

Bij het tabblad ‘resultaten‘ kunt u bovenaan de diverse serviceartikelen in- of uitschakelen.

Hierbij kunt u extra serviceartikelen aan uw materiaallijst toevoegen, u kunt kiezen uit platte daken of schuine daken.

ValkPro+ (zuid & oost-west) is standaard geschikt voor zonnepanelen met de volgende afmetingen:

• L10/L15 breedte: 977 tot 1500 mm lengte: 1520 to 2120 mm
• P10 breedte: 900 tot 1500 mm lengte: 1520 to 2120 mm

Via de www.valkpvplanner.nl kunt u uw eigen projecten berekenen tot een hoogte van maar liefst 25 m.

Is uw dak nog hoger? Dan kunt u contact opnemen met onze projectafdeling (projecten@valksolarsystems.nl) voor een passende oplossing.

Ja, wij hebben diverse hulpmiddelen om sneller te kunnen werken, deze zijn te vinden in onze prijslijsten onder serviceartikelen.

Hieronder treft u een aantal van onze service artikelen:

Rvs kabelklem: de rvs kabelklem kan worden toegepast voor het wegwerken van solar kabels. Dit serviceartikel kunt u bevestigen aan het zonnepaneel. (artikelnummer 732001)

Kunststof kabelklem: met de kunststof kabelklem kunt u de kabels bij het Valkpro+ systeem netjes wegwerken. De kunststof kabelklem kunt u plaatsen op de achtervoeten van het ValkPro+ systeem. (artikelnummer 732011)

Uitlijnsleutel voor dakdragerprofiel: de uitlijnsleutel kan worden gebruikt om de dakdragers uit te lijnen. De dakdragers kunt u hiermee tijdelijk koppelen, zodat de ze perfect uitgelijnd kunnen worden. Een leuke bijkomstigheid van deze uitlijnsleutel is dat deze ook als afstandhouder voor de montage van panelen op schuine daken gebruikt kan worden. Hiermee heeft u altijd een gelijke afstand tussen de panelen. (artikelnummer 739010)

Uitlijnset voor dakdragerprofiel: de uitlijnset is handig in gebruik voor het uitlijnen van de dakdragers, zodat u steeds dezelfde steekmaat heeft. (artikelnummer 743220)

Torx bitjes: torx bit T30 met een lengte van 25 mm ten behoeve van uw accuboor schroefmachine. (artikelnummer 789530)

Demontagesleutel: met de demontagesleutel kunt u eenvoudig de voeten van ons Valkpro+ systeem demonteren. (artikelnummer 743000)

Montageset voor poweroptimizer/ microconverter: door middel van deze klem kunt u de power optimizer/micro omvormer aan het paneel klemmen. Deze klem heeft een klembereik van 28-50 mm. (artikelnummer 774222)

Hiervoor hebben wij in onze serviceartikelen diverse kabelklemmen opgenomen. Voor ons ValkPro+ systeem hebben wij een kunststof kabelklem welke aan de achtervoeten bevestigd kan worden.

Voor kabelmanagement hebben we ook de ValkCableCare producten.

De hoeveelheid ballast die geplaatst moet worden is afhankelijk van verschillende factoren, zoals dakhoogte, windgebied, hoge naastgelegen gebouwen, etc. Wanneer u het PV montagesysteem berekent met behulp van de ValkPVplanner, wordt hier automatisch rekening mee gehouden en volgt een correct ballastplan, dat voldoet aan de normeringen.

Door toepassing van winddeflectors (zij- en achterplaten) en gekoppelde dakdragers, kan de benodigde ballast tot een minimum beperkt worden.

De ballast (tegels) dienen te worden geplaatst op de rubber tegeldragers en/of de massadragers. Bij het plaatsen van ballast dient altijd vanaf buitenzijde van het gekoppelde systeem naar midden te worden gewerkt. Hierdoor kan het voorkomen dat er in het midden van het systeem geen ballast wordt geplaatst.

Steekrijen van 1,5 m (Zuid) en 2,3 m (Oost-West).

De standaard steekmaten van het ValkPro+ systeem zijn:

L10 Zuid: 1500 mm
L10 Oost-West: 2300 mm
P10 Zuid: 2300 mm
P10 Oost-West: 3500 mm
L15 Zuid: 1500 mm
L15 Oost-West: 2300 mm

Een dilatatie is het onderbreken van een rij of kolom zonnepanelen.

Er moet tussen de dakdragers (staal) na maximaal 60 meter gedilateerd worden en tussen de profielen (aluminium) na maximaal 30 meter.

De zijplaten dienen verplicht toegepast te worden als het ValkPro+ systeem in de randzone van het dak wordt geplaatst. In de middenzone van het dak zijn de zijplaten niet verplicht toe te passen.

Nee, het is momenteel niet mogelijk om minder ballast te gebruiken. Het ValkPro+ systeem is getest in de windtunnel in de middenzone van het dak, zonder zijplaten. Om deze reden hebben we (vooralsnog) geen ballastwaarden als er inderdaad zijplaten worden gebruikt in de middenzone.

Nee, ons advies is om niet op de profielen te lopen of te staan.

De maximale overspanning van de Smartline dakhaak in combinatie met een aluminium profiel is 1500 mm

De maximale overspanning van de Slimline dakhaak in combinatie met een aluminium profiel is 700 mm

Bovenstaande maximale afmetingen zijn berekend aan de hand van de volgende uitgangsgegevens:

• Windgebied III
• Maximale dak hoogte van 9 m
• Hellingshoek van 45 graden
• Terreincategorie ‘bebouwd’
• Middenzone dak
• Afmeting paneel: Lengte 1650 mm x Breedte 1016 mm (max) x Hoogte: 28-50 mm

De panlatten moeten van goede kwaliteit en op de juiste manier bevestigd zijn, zodat de Slimline dakhaken stevig kunnen hangen. De panlatten dienen door middel van schroeven aan de onderliggende tengels en/of sporen bevestigd te zijn. In het geval de panlatten zijn bevestigd door middel van nagels of nieten, dient dit altijd eerst beoordeeld te worden door een deskundige.

De pv montagesystemen van Van der Valk zijn getest en voldoen aan de Europese normeringen.

Ons Valkpro+ systeem is tevens windtunnel getest. Dit is verwerkt in onze calculatiesoftware.

Certificaten

Data sheets

De garantieperiode op al onze systemen is 10 jaar. Onder voorwaarden kan de garantie worden verlengd naar 15, 20 en 25 jaar.

Voor meer informatie over de voorwaarden kunt u terecht bij uw groothandelaar.

Van der Valk Solar Systems heeft voor de meeste daken een oplossing. Indien er geen standaard oplossing is, staan wij u graag te woord voor het juiste advies.

• PV montagesystemen
• Contact

Er dient voor dit type dak gebruik gemaakt te worden van consoles. Neemt u hiervoor contact op met onze projectafdeling (projecten@valksolarsystems.nl) voor een passende oplossing.

De standaard profiellengtes Side++ zijn: 1086 mm, 2113 mm, 3140 mm, 4167 mm, 5194 mm en 6347 mm

U kunt kiezen uit de volgende fundatietypen: betonpoeren, schroefpalen of ballast.

De standaard tilthoek is 30°, voor een eventuele andere hellingshoek kunt u contact opnemen met Van der Valk Solar Systems.

Dit is mogelijk, voor 2 m (72 cells) panelen of overige opstellingen kunt u contact opnemen met Van der Valk Solar Systems.

Aan de buitenzijden is de afstand tussen de fundaties 1500 mm en in het midden van het systeem is de afstand tussen de fundaties 3000 mm

U kunt middels de ValkKITSplanner een bruto prijs voor uw ValkField systeem uitrekenen.

Onze zonneschanssystemen worden geleverd exclusief ballast (tegels). De benodigde massablokken worden wel bijgeleverd.

De ballast dient geplaatst te worden op de hiervoor aanwezige ballast fundaties (betonnen massablok) onder het hoogste gedeelte van de schans.

Dit kunt u terugvinden in de handleiding van de schanssystemen (zie downloads onder handleidingen).

De hoeveelheid ballast is afhankelijk van het land, het windgebied en de hoogte waar u het zonneschanssysteem wilt plaatsen.

Voor de zonneschanssystemen zijn geen zijplaten beschikbaar.

De zonneschanssystemen hebben een vaste tilthoek van 10°, deze kan niet worden aangepast.

• Al het materiaal is voor de installateur verzameld in 1 doos voor maximaal 9 panelen landscape of portrait;
• De installateur heeft alles bij de hand, zodat niet alle losse componenten gepakt hoeft te hoeven worden;
• Uitsluitend de profielen dienen nog los meegenomen te worden;
• De kits zijn zowel in aluminium kleur, als in semi-zwart beschikbaar. In de ValkBox voor semi-zwarte installaties, zijn de zichtbare montagedelen (klemmen en einddoppen) in zwarte kleur uitgevoerd.

De ValkBox is beschikbaar in aluminium en semi-zwart.

Hiervoor kunt u ons ValkCanopy systeem gebruiken. Het ValkCanopy systeem heeft een hellingshoek van 30°.

Klik hier voor meer informatie.

De ingangsdatum van de garantie wordt gedefinieerd als de datum van installatie of negentig (90) dagen na de levering door Canadian Solar aan de koper, afhankelijk van welke datum eerder valt.

Onze modulecertificeringen zijn te vinden in het downloadcentrum onder productdownloads.

Ja, onze VDE-certificering is te vinden in het downloadcentrum onder productdownloads.

Type 1 voor standaardmodules en Type 3 of 13 zijn van toepassing op de brandprestaties van dubbelglasmodules. Dit wordt vermeld op het gegevensblad en het CSA-certificaat van de modules.

Modules van Canadian Solar hebben een brandclassificatie. U vindt deze informatie op de achterkant van het gegevensblad, evenals op ons bijgevoegde CSA-certificaat (UL1703). Dien beide in wanneer u plannen indient bij de plancontroleur van de bevoegde autoriteit. Aangezien de meeste gebouwen in Californië een dakbrandclassificatie van klasse A of B hebben, moet u een montagemethode kiezen die op brand is getest en een classificatie van klasse A of B heeft behaald door gebruik van een Type 1-module. Hierdoor krijgt u een systeemclassificatie van klasse A en voldoet u aan de huidige gebouwclassificatie.

Modules die voldoende schuin staan (ten minste 15°) hoeven in het algemeen niet te worden schoongemaakt (regen zorgt voor een zelfreinigend effect). Jaarlijks onderhoud wordt aanbevolen om vervuiling te voorkomen. Als de module vuil is geworden, moet deze als het koel is overdag met water en een niet-schurend reinigingshulpmiddel (spons) worden gewassen. Schraap of wrijf droog vuil niet weg, want dat kan microkrasjes veroorzaken.

Er kunnen hotspots ontstaan als panelen niet worden schoongemaakt. Deze hotspots kunnen de prestaties van het hele systeem beïnvloeden. Het is raadzaam om in de loop van het jaar vaker onderhoud uit te voeren bij projecten die mogelijk aan veel vervuiling worden blootgesteld; dit zal de prestaties en de betrouwbaarheid van het systeem op de lange termijn helpen waarborgen. Constante beschaduwing kan de levensduur van de module beïnvloeden door versnelde veroudering van het ingekapselde materiaal en thermische stress op de bypassdiodes.

Om thermische stress te vermijden, kunt u dit het beste vroeg in de ochtend of laat in de avond doen. Als u overdag moet schoonmaken, moet u ervoor zorgen dat de temperatuur rond de 25 °C is.

Laag mineraalgehalte ≤ 300 ppm, waterkwaliteit: Water met een hoog mineraalgehalte zal afzettingen achterlaten op het glas en kan de AR-coating van de modules aantasten; dit zal de doorlaatbaarheid van het glas en de CTM (cel-naar-module) van de module verminderen. Een laag mineraalgehalte betekent dat de concentratie van mineralen zoals Ca2+, Mg2+ laag moet zijn, 300 ppm wordt ten zeerste aanbevolen.

Een bijna neutrale pH wordt aanbevolen. Dit betekent dat het water pH≈7 moet zijn. Water met een pH > 7 zal alkalinisch zijn en mogelijk leiden tot corrosie op het glas. Het kan bovendien schadelijk zijn voor de AR-coating van de modules. Water met zuur dat pH <7 is, bevat fluorwaterstofzuur en is verboden. Wij raden aan een zwak zure reinigingsoplossing te gebruiken na technische bevestiging. Neem contact op met technische ondersteuning voor hulp.

Onze modules zijn gecertificeerd om te voldoen aan de volgende normen voor veiligheidsimpact, waarbij IEC specifieker is voor hagelinslag:

• UL1703 (NA-norm) vereist een veiligheidsimpacttest: Een stalen kogel wordt op een bepaalde hoogte losgelaten tot deze het glas verbrijzelt – De module wordt vervolgens getest om na te gaan of hij nog veilig is en er geen gevaar voor elektrische schokken bestaat. De module wordt niet gecertificeerd als hij niet veilig is.

• Volgens IEC61215 (norm van de Internationale Elektrotechnische Commissie) moet een hageltest worden uitgevoerd met een ijsbal van 25 mm die met een snelheid van 23 m/s op 11 gespecificeerde plekken in het glas van de module wordt afgeschoten. De module mag niet verbrijzelen en het vermogensverlies mag niet meer dan 5% van de oorspronkelijke meting bedragen nadat de ijsballen het glas hebben geraakt. De module wordt niet gecertificeerd als het glas verbrijzeld is of als het vermogensverlies groter is dan 5%.

Wij hebben een uitgebreidere hageltest uitgevoerd met onze modules, die strenger is dan de IEC-normen. De test werd uitgevoerd met een ijsbal met een diameter van 45 mm, die groter is dan een golfbal, en leverde succesvolle resultaten op. De snelheid komt overeen met 110 km/u, met 86,4 km/u bij de lagere waarden.

Ja, deze bevinden zich op de achterzijde van de module. Het kunnen er 16 zijn, afhankelijk van de productieperiode.

Nee, gebruik de aanwezige gaten. Elk extra gat kan de mechanische integriteit en het vakmanschap van de module aantasten.

Canadian Solar-modules hebben de PID-tests van PVEL, PI-Berlin en Fraunhofer ISE, etc. doorstaan (IEC-voorwaarden). De drie bovengenoemde organisaties behoren tot de toplaboratoria ter wereld voor het testen van zonnemodules. Canadian Solar-modules zijn ook gecertificeerd in overeenstemming met de UL 1703-normen via de certificeringsinstantie CSA. PV-modules die gebouwd zijn met Canadian Solar-cellen vertoonden een grote PID-stabiliteit. 70% – 80% van de degradatie werd hersteld door de polariteit om te keren gedurende 48 uur. Lekstroom heeft geen correlatie met PID-gevoeligheid. Alle modules vertoonden minimale degradatie met positieve bias. Er was geen correlatie tussen ladingsoverdracht en degradatieomvang.

Gebruik USE-2- of PV-kabel, met als classificatie 90 °C nat. Zorg ervoor dat het OD-bereik van de kabels voldoet aan onze minimumvereisten, zoals beschreven in de installatiehandleiding van onze T4-connector.

In onze beperkte garantieverklaring staat duidelijk beschreven hoe u een claim kunt indienen, wat u nodig hebt om een claim in te dienen en de contactinformatie. De beperkte garantieverklaring kan worden gedownload op de downloadpagina.

MPPT betekent Maximum Power Point Tracking, wat inhoudt dat de omvormer altijd het maximale vermogen van de PV-string zal volgen en ervoor zal zorgen dat de PV-string op maximaal vermogen werkt.

De omvormer wordt geselecteerd op basis van de systeemvereisten. Het vermogen van de omvormer moet overeenkomen met het maximale vermogen van de PV-modules, en de DC/AC-verhouding moet overeenkomen met de stralingsconditie, in principe kan 1,1 tot 1,3 DC/AC-verhouding worden geselecteerd, en de Canadian Solar-omvormer ondersteunt 1,3 DC/AC-verhouding.

De Canadian Solar-omvormer ondersteunt bediening op afstand, inclusief Net AAN/UIT en instelling van de vermogensfactor.

Ja, bliksembeveiligingsmodules zijn geïntegreerd aan zowel de DC- als AC-zijde.

Het enige verschil is dat de UL-uitvoering van de omvormer een extra kabeldoos heeft.

De omvormer kan actief vermogen en reactief vermogen opwekken. De output kan worden aangepast aan de eisen van de klant. In het algemeen wordt het actieve vermogen standaard volledig opgewekt.

Ja, dat kan. Het product is ontworpen volgens de beschermingsgraad IP65 en is geschikt voor installatie buitenshuis. Het wordt aanbevolen om blootstelling aan direct zonlicht te voorkomen bij installatie buitenshuis.

De omvormer begint de stroomopwekking te hervatten wanneer hij vaststelt dat de DC-stringspanning de startspanning bereikt en het vermogen 10 W bereikt.

De omvormer schakelt ‘s nachts over op stand-bymodus; het stroomverbruik is dan minder dan 1 W per omvormer.

Nee, dat doet hij automatisch, u hoeft hem niet handmatig te bedienen.

Ja, er zijn twee manieren om de onderhoudsservice te krijgen: koop uitgebreide garantie van ons of betaal afhankelijk van de onderdelen van de onderhoudsservice.

De stroomopwekking = installatievolume x systeemrendement x lichtduur uren

Voor een zonnesysteem van 3 kW in het Chinese Suzhou bedraagt de jaarlijkse stroomopwekking circa 3.864 KWh (3.000 x 0,80 x 1.061)

Per 7 m² kan ongeveer 1 kW worden geïnstalleerd voor schuine daken. Voor platte daken is 1 kW per 10 m² mogelijk. De specifieke installeerbare oppervlakte moet worden bepaald na onderzoek ter plaatse.

Ja, hoewel de installatierichting naar de zon toe het beste is. De hoeveelheid opgewekte elektriciteit zal iets minder zijn in andere richtingen. De stroomopwekking is 100% als de panelen naar de zon toe gericht zijn, zonder enige schaduw.

In net-modus zal het openbare net het tekort aanvullen. In China wordt de elektriciteit die door het zonnesysteem wordt opgewekt bijvoorbeeld eerst door de huislading gebruikt.

Wanneer de werkelijke stroomopwekking groter is dan het benodigde werkelijke elektriciteitsverbruik, wordt het overschot automatisch aan het net afgegeven. Als het systeem onvoldoende elektriciteit opwekt, zal het net het tekort aan de huislading leveren.

Ja, het systeem is veilig. Apparatuur zoals de DC-/AC-verdeelkast en omvormer hebben een dergelijke beschermingsfunctie. Bovendien zijn alle metalen onderdelen, zoals stellingen, geaard om veiligheid bij onweer te waarborgen.

Het pakket bevat een GPRS/WIFI-sticker, waarmee de stroomopwekking van het systeem in realtime kan worden gevolgd via een mobiele app of online.

De invloed zal zeer klein zijn als er geen duidelijke schaduw is. Bovendien heeft het glas van de zonnemodule een zelfreinigende coating op het oppervlak. Op regenachtige dagen kan regenwater ook het vuil op het oppervlak van de module wegspoelen.

Lokale distributeurs zijn verantwoordelijk voor aftersalesservice. De gebruikers moeten alleen regelmatig controleren of er sprake is van afwijkingen, bijv. een eigenaardige geur, abnormaal geluid, etc., en regelmatig de onderdelen reinigen om een optimale stroomopwekking te garanderen in de ochtend of avond wanneer het temperatuurverschil niet groot is.

Normaliter wordt voor zonnemodules gecoat gehard glas met een antireflectiefilm gebruikt om de lichtabsorptie te verhogen en zo de efficiëntie van de stroomopwekking te verbeteren. Traditioneel glasgevelglas of autoglas heeft een reflectievermogen van 15% of meer, terwijl fotovoltaïsch glas van eersteklas modulefabrikanten een reflectievermogen heeft van minder dan 6% – de invloed is zeer gering.

De term N-type verwijst naar het feit dat de cel is gebouwd op een negatief geladen (dus N-type) siliciumbasis; de wafel wordt gedoteerd met fosfor, dat één elektron meer draagt dan silicium.

De bovenkant van de wafel wordt vervolgens positief gedoteerd (P-type), wat helpt bij de vorming van de p-n-overgang die de elektriciteitsstroom in de cel mogelijk zal maken.

Nee, we hebben Tiger N-Type modules die verkrijgbaar zijn met zowel een zilver als zwart frame en geheel zwarte opties.

Met de N-type panelen beschikt u over een hoogwaardige technologie die een beter rendement, een hogere energieopbrengst, een lagere temperatuurcoëfficiënt, bijna geen LID-effect en betere PID- en LeTID-prestaties oplevert.

Ja, de lineaire vermogensgarantie is 30 jaar voor alle N-type modellen. Productgarantie van de modules met witte backsheet: 15 jaar en voor zwarte backsheet: 25 jaar.

Ja.

De hagelbestendigheidswaarde is gedefinieerd in IEC61215.

De pH-waarde dient tussen 6 en 8 te zijn.

Gebruik bij voorkeur regenwater of deels gedemineraliseerd water. Gebruik geen volledig gedemineraliseerd water, dat is te agressief voor het aluminium frame.

Volg de voorschriften in onze gebruiks- en onderhoudshandleiding, controleer ze jaarlijks en beslis per geval.

De energieopbrengst daalt en in zeer extreme gevallen kan alg- of mosgroei of dergelijke te zien zijn. In extreme gevallen kunt u ook hotspots creëren.

In het algemeen raden wij aan de modules schoon te maken. Hoe vaak u dit moet doen, hangt af van de aard van de vervuiling, de omgeving en de mate van jaarlijkse vervuiling op het oppervlak. Aanbevelingen zijn te vinden in onze gebruiks- en onderhoudshandleiding.

De gebruiks- en onderhoudshandleiding is beschikbaar op de Europese website https://jinkosolar.eu/files/jinko/module/installation_manuals/210303%20OM%20Manual%20EN.pdf